Per 1 januari 2026 krijg je als horecaondernemer te maken met nieuwe wetten en regels. Wij verzamelden de belangrijkste wetswijzigingen voor je.
De tarieven in box 1 van de inkomstenbelasting wijzigen:
Wil je de inkomstenbelasting voor 2026 berekenen? Zie dan de Rekentool Inkomstenbelasting 2026.
De zelfstandigenaftrek wordt verder afgebouwd (van 2.470 euro in 2025) naar 1.200 euro. Je mag dit bedrag van je winst aftrekken, waardoor je minder belasting betaalt.
De komende jaren daalt de zelfstandigenaftrek verder. Je hebt hier recht op als je minimaal 1225 uur per kalenderjaar in je bedrijf werkt.
De btw op overnachtingen stijgt van 9% naar 21%. Dit geldt onder andere voor hotels, B&B’s en vakantiehuizen.
Koop je een woning als belegging of vakantiewoning en ga je er zelf niet wonen? Dan betaal je vanaf 2026 minder overdrachtsbelasting: 8 procent in plaats van 10,4 procent.
De belasting die je betaalt als je een (bestel)auto of motor koopt (bpm) gaat omhoog. Hoe meer CO₂ een voertuig uitstoot, hoe hoger de bpm. Dit maakt nieuwe voertuigen duurder, vooral brandstofauto’s. De regering past de tarieven de komende jaren stap voor stap aan: tot 2028 gaan ze jaarlijks omhoog.
De accijnskorting op benzine, diesel en lpg wordt met een jaar verlengd tot 1 januari 2027. De brandstofaccijnzen krijgen ook geen inflatiecorrectie in 2026. Hierdoor blijven de accijnzen lager dan het basispad, maar minder ruim door het aangenomen amendement Grinwis op het Belastingplan 2026:
Rekenen je gasten weleens grote bedragen contant af? Vanaf 1 januari 2026 worden contante betalingen boven de 3000 euro verboden. Je gasten moeten dan betalen via pin, bankoverschrijving of een andere digitale manier. De regering wil hiermee witwassen en fraude tegengaan.
Gebruikt je bedrijf veel leidingwater? Dan ga je meer belasting betalen. Nu betaal je alleen belasting over de eerste 300 m³ per jaar. Vanaf 2026 wordt dat de eerste 50.000 m³.
Vanaf 2027 verdwijnt deze grens helemaal. Dan betaal je belasting over al het leidingwater dat je gebruikt.
Het wettelijk minimumloon gaat omhoog en is vanaf 1 juli 2026 14,71 euro per uur. Dit is een verhoging van 2,16%. Wij verwerkten dit in de nieuwe loontabel in de functiegroep I en II en de jeugdlonen. De lonen van vakkrachten in functiegroep II en hoger stijgen per 1 juli met 2,5%. Dit is het gevolg van een cao-afspraak die we vorig jaar met de vakbonden zijn overeengekomen.
Let op: er zijn een paar uitzonderingen. Daarom maakten we een overzichtelijk stroomschema. Zo zie je in één oogopslag op welke verhoging jouw medewerkers recht hebben.
Werd in 2025 het loonkostenvoordeel (LKV) voor oudere werknemers (56+) al verlaagd, per 1 januari 2026 wordt deze volledig afgeschaft. Deze regeling had als doel om oudere werknemers eerder in dienst te nemen. Voor werknemers die al in dienst zijn, blijft het LKV wel gelden.
Voor bedrijven met meer dan 25 medewerkers wordt het eenvoudiger om mensen met een arbeidsbeperking aan te nemen. Het loonkostenvoordeel (LKV) blijft vanaf 2026 - in plaats van maximaal drie jaar - zolang de werknemer in dienst is van kracht. Daarnaast vervalt de verplichting om een speciale UWV-verklaring aan te vragen. Neem je meer arbeidsbeperkte werknemers aan dan vereist volgens de quotumregeling? Dan ontvang je bovendien een extra verhoogd LKV als bonus.
Lees dan ook: