Werkgevers krijgen vanaf 2020 een compensatie voor de transitievergoeding die zij moeten betalen bij het ontslag van langdurig zieke medewerkers. De Tweede Kamer heeft die wet aangenomen. Later wordt via het Wetsvoorstel 'Arbeidsmarkt in balans' ook compensatie geregeld als de kleine werkgever door eigen pensioneren of arbeidsongeschiktheid mensen moet ontslaan. De definitie van klein wordt nog bepaald.

De aanvragen voor de compensaties kunnen vanaf 2020 bij het UWV worden ingediend.

Terugwerkende kracht

De regelingen werken terug tot 2013. Dit geldt ook voor de slapende dienstbetrekkingen waar de diensttijd gewoon doorloopt. Er wordt niet meer vergoed dan bij reguliere tijdige beëindiging verschuldigd zou zijn en ook niet meer dan feitelijk aan vergoeding is betaald. De periode dat een dienstbetrekking slapend doorloopt telt dus niet mee. Het is aan u, de werkgever, om te bepalen of u zo’n transitievergoeding kunt voorschieten of wacht totdat een aanvraag voor compensatie kan worden ingediend.

Zwaar en onredelijk

Wie recht heeft op een transitievergoeding, krijgt deze ook na een langdurige ziekteperiode. Voor de wet is iedereen immers gelijk. Maar de optelsom van financiële verplichtingen is voor ondernemers zwaar en onredelijk. Het Kabinet wil het aantrekkelijker maken om mensen aan te nemen en wil deze scherpe rand van de transitievergoeding afhalen. Werkgevers worden daarom gecompenseerd voor de vergoeding die betaald wordt na het ontslag van een langdurig zieke werknemer.

Waar wordt de compensatie van betaald?

Deze compensatie komt uit het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf). Hier staat een verhoging van de WW-premie tegenover.

Bron: Rijksoverheid.nl