Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen bleek dat de verkiezingsstrijd nu echt is losgebarsten. Zo kwam een aantal partijen met het idee om het Wettelijk Minimum Loon (WML) te verhogen. En dat vinden we een heel slecht plan, waar de horeca door geraakt zal worden en de minima in ons land niet echt wijzer van gaan worden.

Omdat het kabinet demissionair is voelen de regeringspartijen (VVD, CDA, D66 en CU) zich niet meer gebonden aan een coalitieakkoord. Dat betekent ‘ieder voor zich’. Partijen buitelden over elkaar heen met voorstellen en moties om extra bestaanszekerheid te bieden voor mensen in de laagste inkomensklassen. Naast de twee miljard die het kabinet daarvoor al in de begroting had uitgetrokken.

Wat is er gebeurd met 'verdienen voor verdelen’?

Het probleem is dat de dekking voor al die plannen niet echt solide is. Maar nog zorgwekkender is dat het geld voor die plannen grotendeels gehaald wordt bij het bedrijfsleven. En dat terwijl het bedrijfsleven nu juist zo belangrijk is om dat geld voor Nederland te verdienen. De Koning sprak tijdens zijn Troonrede tijdens Prinsjesdag nog de mooie woorden ‘verdienen voor verdelen’. Maar nog geen twee dagen later stond dat principe al onder druk.

Voorstel van CU, GroenLinks/PvdA om het WML te verhogen.

De ChristenUnie en de combinatie GroenLinks/PvdA kwamen met het voorstel om het Wettelijk Minimum Loon te verhogen. Door steun van D66, PVV, PvdD, Volt, DENK, BIJ1, en de onafhankelijke Kamerleden Liane den Haan en Nilüfer Gündoğan kreeg dit plan een meerderheid. Met name de steun van D66 (24 zetels) en PVV (16 zetels) legden gewicht in de schaal om aan de minimaal benodigde 76 zetels te komen. En zo werd de motie om het WML met 1,7% te verhogen aangenomen.

Horeca wordt opnieuw hard geraakt

Maar met deze verhoging van het WML wordt de horeca wederom hard geraakt. De marges staan al onder druk door de enorm gestegen inkoopkosten. Bovendien is een flink deel van de sector nog coronaschulden aan het terugbetalen.

Daarbij komt dat het WML per 1 januari 2023 al is verhoogd met 10,15% en met ingang van 1 juli 2023 nog eens met 3,13%. Door de invoering van het wettelijk minimumuurloon per 1 januari 2024 gaat voor de horeca het WML nog eens met een extra 5,5% omhoog. Dit omdat de horeca-cao een normale arbeidsduur kent van gemiddeld 38 uur per week en bij de berekening van het wettelijk minimum uurloon is uitgegaan van gemiddeld 36 uur per week. We verwachten dat de ‘reguliere’ indexering van het WML per 1 januari 2024 ongeveer 3,5% zal zijn. Dit betekent dat per 1 januari 2024 het WML in de horeca dus sowieso 22,28% zal zijn gestegen ten opzichte van eind 2022. Daar kan die 1,7% niet bij.

Andere manieren om bestaanszekerheid te versterken

Natuurlijk verdienen horecamedewerkers een eerlijk salaris en moeten zij ook kunnen rondkomen. Maar het verhogen van het WML is niet de oplossing. Dat gaat de loon-prijsspiraal alleen maar versterken. Alles wordt dus nog duurder. Dit heeft als gevolg dat de groepen waarvoor de politiek bestaanszekerheid wil versterken, er per saldo niet of nauwelijks op vooruitgaan. Er zijn andere manieren om het besteedbaar inkomen van mensen te verhogen. Door bijvoorbeeld belastingen te verlagen of door het toeslagenstelsel écht op de schop te nemen en extra werken aantrekkelijk te maken.

Uiterste poging om het plan van tafel te krijgen

De motie om het WML met 1,7% te verhogen is aangenomen, dus dan moet het kabinet er iets mee. Maar de definitieve besluiten zijn nog niet genomen. Er volgen binnenkort nog de Algemene Financiële Beschouwingen en de bespreking van het Belastingplan. Het kabinet heeft al aangegeven verhoging van het WML geen goed plan te vinden. Het is nog maar de vraag of de verhoging van het WML (door de koppeling met bijstand en AOW) per 1 januari 2024 gerealiseerd kan worden.

Dat de WML-discussie overigens vroeg of laat weer vol op tafel komt weten we, want het staat in veel verkiezingsprogramma’s.

Volgens ons moet het besluit met minimaal een jaar worden uitgesteld, dus niet eerder dan 1 januari 2025. En daarbij moet ook eerst een volwaardige discussie plaatsvinden over zowel de lastendruk bij het bedrijfsleven als de perverse prikkels die in het huidige toeslagenstelsel zitten. Immers, het huidige toeslagenstelsel biedt weliswaar steun maar leidt er ook toe dat extra werken nauwelijks de moeite loont.

We zullen ons de komende periode inzetten om het plan om het WML te verhogen voor nu van tafel te krijgen.