Op Prinsjesdag presenteerde minister Kaag van Financiën de Miljoenennota voor 2023 aan de Tweede Kamer. De belangrijkste keuze van het kabinet is een extra impuls voor de koopkracht van burgers met ruim 17 miljard euro. Het is goed dat het kabinet maatregelen neemt om de koopkracht van burgers te verbeteren. Maar niet alleen burgers, ook veel ondernemers hebben het ongelooflijk zwaar omdat hun kosten flink stijgen. Waar krijg je als horecaondernemer mee te maken? We zetten de belangrijkste voorstellen voor jou op een rij.
Met de huidige plannen is er voor ondernemers -zeker de kleinere- geen reële lastenverlichting of compensatie. Dit terwijl het juist van belang is om het ondernemersklimaat te bewaken door het investeringsvermogen van ondernemers in stand te houden en samen te werken aan een duurzame toekomst. Er was wel aandacht voor ondernemers in de troonrede.
De Koning sprak zijn waardering uit voor Nederlandse ondernemers en de veerkracht die zij in de coronacrisis hebben getoond. Ook sprak hij over de moeilijke positie waarin veel mkb’ers zich nu in bevinden: “Het is een hard gelag dat zoveel bedrijven nu opnieuw met grote problemen te maken krijgen vanwege enorme kostenstijgingen. Versterking van het mkb-ondernemersklimaat is nodig, bijvoorbeeld door te zorgen voor een betere toegang tot financiering en ondersteuning bij verduurzaming.”
Bekijk hieronder de belangrijkste maatregelen waar jij als horecaondernemer mee te maken krijgt.
Ga direct naar
Het wettelijke minimumloon (WML) stijgt in één keer met 10% per 1 januari 2023en ook de werkgeversbijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) gaat omhoog. Door een 10% hoger WML stijgen ook de maximum premielonen met 10%. Bij gelijke premies komt er dan al meer geld binnen en dat is nodig om de uitkeringen mee te laten stijgen met de verhoging van het WML.
De werkkostenregeling (WKR) voorziet in een kleine verhoogde km-vergoeding die is vrijgesteld van heffing. Ook is er een bescheiden voornemen voor een verhoging van de vrije ruimte van 1,7 naar 1,9%. Dit geldt uitsluitend voor kleine werkgevers.
Van een compensatie van deze sterk stijgende werkgeverslasten, zoals de SER eerder wel heeft geadviseerd, is vooralsnog geen sprake.
Nieuwe inperking flexibele arbeid
In 2023 wordt nieuwe wetgeving rond arbeidscontracten voorbereid. De mogelijkheden voor flexibele arbeid worden nog verder ingeperkt. Dat zal vooral voor sectoren die te maken hebben met seizoenseffecten en pieken en dalen leiden tot veel (doorbetaalde) contracturen zonder zekerheid van werk.
Bekijk overzicht maatregelen sociale zaken arbeidsmarkt en arbeidscontracten
De ondernemerslasten worden, buiten de werkgeverslasten om, hoger. Er komt een stevige verhoging van de winstbelasting (Vpb), waardoor de verlaging van het vorige kabinet weer wordt teruggedraaid. De eerste schijf wordt voor kleinere bv’s korter en het tarief over die schijf hoger. Daarnaast gaat het tarief aanmerkelijk belang van box 2 omhoog. Leningen van een bv aan een directeur-grootaandeelhouder (DGA) worden boven de zeven ton belast in box 2. Ook worden regels over het gebruikelijk loon van de DGA aangescherpt. Voor ondernemers zonder bv en voor zzp’ers wordt de zelfstandigen aftrek verder verlaagd.
Waar komt het kabinet kleine ondernemingen tegemoet?
De opbrengst van de lastenverzwaringen wordt deels teruggesluisd in maatregelen waar het mkb van profiteert. Er wordt structureel 600 miljoen euro uitgetrokken om de werkgeverslasten van bedrijven te verlagen en investeringen aantrekkelijker te maken. De aanpassingen in box 2 vanaf 2024 helpen daarbij. Een lagere Aof-premie voor kleine werkgevers, en de Energie-investeringsaftrek (EIA), Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Werkkostenregeling worden uitgebreid. En uiteindelijk profiteert ook het mkb van een lastenverlichting bij huishoudens, omdat de bestedingsruimte van de consument – die zo onder druk staat – wordt vergroot, aldus het kabinet.
Werknemerslasten
De inhouding loonheffing wordt wat lager voor lage en modale lonen. Dat komt door een wat lagere inkomstenbelasting met een flink hogere arbeidskorting. Die arbeidskorting is echter inkomensafhankelijk en bouwt af tot 0 bij hogere inkomens.
Bekijk het overzicht maatregelen fiscaal (Inclusief tarieven)
Prijsplafond voor gas en elektriciteit
Het kabinet heeft vandaag een prijsplafond voor gas en elektriciteit tot eind 2023 afgekondigd. Het plafond komt te liggen bij een verbruik voor gas tot 1200 m3 en voor elektriciteit tot 2400kWh per jaar. Boven deze grens blijft de marktprijs van toepassing, waardoor de prikkel tot energiebesparing boven de grens blijft. Een prijsplafond heeft als voordeel dat het risico op een verdere prijsstijging voor een afgebakend deel van het verbruik niet voor rekening komt van de afnemer, maar voor de overheid. Het kabinet denkt aan een plafond van zo'n 1,50 euro voor een kuub gas en van 70 cent voor een kWh elektra. De maatregel gaat gelden vanaf 1 januari, maar in de praktijk gaat de energierekening al op 1 november omlaag (de termijnbedragen worden vanaf november dit jaar al verlaagd). De precieze vormgeving van het tijdelijke prijsplafond wordt momenteel nog verder uitgewerkt met de sector.
Deze maatregel geldt voor iedereen in Nederland, dus ook voor bedrijven. Maar voor een horecaondernemer is dit een druppel op een gloeiende plaat, omdat de meeste horecaondernemers veel meer verbruiken dan een huishouden. Het kabinet onderkent de moeilijke situatie waar deze ondernemers zich in bevinden. De mogelijkheden voor een specifieke subsidieregeling voor het energie-intensieve mkb worden nog onderzocht. De minister van Economische Zaken en Klimaat is hierover in gesprek met energieleveranciers. In het programma Nieuwsuur heeft minister Adriaansens aangegeven dat er rond november een steunpakket moet liggen voor ondernemers.
Kabinet wil helpen met liquiditeitsversterking en verduurzaming
Het kabinet wil bedrijven die het nodig hebben helpen met liquiditeitsversterking en verduurzaming. Dit houdt concreet in dat het kabinet extra middelen beschikbaar stelt voor de Energie-investeringsaftrek (EIA), willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil) en Milieu-investeringsaftrek (MIA). Daarnaast heeft het kabinet voor de zomer besloten op korte termijn de Borgstelling MKB-groen te publiceren. Hierbij kunnen financiers een hogere garantie krijgen dan bij de reguliere BMKB bij de financiering van verduurzaming van het mkb. Ook zorgt het kabinet voor versterking van de liquiditeitspositie bij bedrijven doordat het overheidsgaranties verschaft op leningen (via de BMKB en de GO). Verder onderzoekt het kabinet in lijn met de motie Amhaouch wat de mogelijkheden zijn om met hogere garantiepercentages te werken bij deze garantieregelingen.
Subsidie ondersteuning verduurzaming mkb
Dit betreft een subsidie voor mkb’ers met een laag energieverbruik voor maatregelen gericht op energiebesparing en vermindering van CO₂-uitstoot van bedrijfspanden en bedrijfsprocessen. Je kunt subsidie aanvragen voor de kosten van professioneel advies en ondersteuning bij het nemen van dergelijke maatregelen. De regeling is per 14 juli 2022 tijdelijk gesloten in verband met signalen over oneigenlijk gebruik van de regeling. Het kabinet streeft ernaar de regeling in aangepaste, verscherpte vorm nog dit jaar weer te openen.
Lagere accijns op brandstof tot juli 2023
Sinds 1 april van dit jaar is de accijns op benzine, diesel en LPG met 21% verlaagd. Doel is om huishoudens en bedrijven tegemoet te komen in de stijgende brandstofprijzen aan de pomp. Deze maatregel wordt verlengd tot juli 2023, in eerste instantie zou de maatregel eind dit jaar aflopen.
Gestaag door met Zero Emissie zones en subsidiëring voor bestel- en vrachtauto's
Wat betreft invoering van de zero emissiezones koerst het kabinet niet op uitstel. De gebrekkige capaciteit op het elektriciteitsnet en achterblijvende uitrol van laadinfrastructuur is geen reden om de maatregel later in te laten gaan. Het beschikbare subsidiebudget SEBA wordt weer aangevuld met 33 miljoen euro voor 2023. Ook komen er meer middelen beschikbaar voor emissievrije vrachtauto's. Verder zal de communicatie inzet vergroot worden en wordt er een landelijk ontheffingenloket gerealiseerd in samenwerking met de RVO.
Omgevingswet per 1 januari 2023
Het kabinet wil de Omgevingswet invoeren op 1 januari 2023. Het bedrijfsleven is en blijft voorstander van deze enorme dereguleringsoperatie en verwelkomt de invoering. Voor de uitvoering van de wet wordt gebruik gemaakt van een ict-tool, het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Op het moment van inwerkingtreding moet het voor bedrijven mogelijk zijn om vergunningen aan te vragen, meldingen te doen en met vragenbomen te weten welke maatregelen zij moeten nemen. Bedrijven die niets veranderen, krijgen geen nieuwe verplichtingen.
Het kabinet zet de komende jaren vooral in op een hoger rendement van het beroepsonderwijs. Onder andere door een betere keuzebegeleiding en het verlagen van de uitval. Zo stromen er meer vakgediplomeerden in in het bedrijfsleven. Daarnaast wordt ingezet op het bevorderen van een leven lang leren. We steunen die koers, maar het is niet voldoende om de personeelskrapte weg te nemen. Een goede werkgever zijn, en daarmee voorkomen dat personeel de horeca verlaat, is minstens zo belangrijk.
Middelbaar beroepsonderwijs
Het kabinet trekt 305 miljoen extra uit voor het tegengaan van voortijdig schoolverlaten, de begeleiding van kwetsbare studenten en het uitbannen van stagediscriminatie. Ook wil het kabinet de loopbaanoriëntatie en -begeleiding verbeteren waardoor studenten een betere keuze kunnen maken. Het aanbod van bbl-opleidingen voor zij-instromers wordt gestimuleerd. Dat betekent dat de drempel om te switchen naar een meer kansrijke sector lager wordt.
Subsidie Praktijkleren wordt lager door tijdelijke regelingen
De subsidieregeling praktijkleren is bedoeld om werkgevers te stimuleren praktijk- en werkleerplaatsen aan te bieden. De subsidie is een tegemoetkoming in de kosten die een werkgever maakt voor begeleiding. Een aantal regelingen die waren toegevoegd aan de pot waaruit de subsidies worden betaald verval. Hierdoor zal het maximale uit te betalen bedrag per leerplaats dalen van 2700 euro naar 2300 euro per jaar (exclusief de tijdelijke opslag t/m studiejaar 2023/24 voor horeca, toerisme en landbouw).
Tijdelijk meer geld voor Stap subsidieregeling
De STAP-subsidieregeling stelt mensen in staat om scholing in te zetten voor de eigen ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid. Vanaf 2023 krijgt de regeling 500 miljoen extra, verspreid over vier jaar. Dit is specifiek bedoeld voor mensen met maximaal een mbo-4 diploma.
De koopkracht van burgers wordt ondersteund door minder inkomstenbelasting, een hogere arbeidskorting en het maximeren van energieprijzen. Dat gebeurt door het maximeren van gas en elektra tot een gemiddeld aantal m3 gas en kwh elektra. De huidige maatregelen van minder btw en minder opslagen op energieprijzen loopt tot door tot in 2023. Dat geldt ook voor de energietoeslag voor minima. Enkele toeslagen, zoals de huurtoeslag en kindgebonden toeslag, worden extra verhoogd. De eigen bijdrage voor kinderopvang wordt lager en de kinderbijslag gaat omhoog. Voor burgers komt er ook een noodfonds als de rekening echt niet meer kan worden betaald. Aan dat fonds betalen de energiebedrijven mee.
Na het presenteren van de miljoenennota vinden deze week de Algemene Politieke Beschouwingen plaats. Dan debatteren de fractievoorzitters met premier Rutte over de hoofdlijnen van het kabinetsbeleid. In de komende maanden volgen daarna de begrotingsbehandelingen van de verschillende ministeries. Tijdens deze debatten komen specifieke beleidsvoorstellen en begrotingen aan bod. We geven input op deze begrotingen en de beleidsagenda’s die daaruit volgen.