Afgelopen jaar heeft de overheid het wettelijk minimumloon (WML) fors laten stijgen. Voor de horeca betekende dit per 1 januari 2024 een stijging van 9,5%. Ten opzichte van 1 januari 2022, dus in twee jaar tijd, is het WML zelfs met 26,6% gestegen.
Lees hier meer over de stijging van het WML per 1 januari 2024
Het wettelijk minimumloon wordt twee keer per jaar aangepast: op 1 januari en op 1 juli van elk jaar. Dit noemen we de reguliere aanpassing. Na de stijging op 1 januari 2024 staat ons dus per 1 juli 2024 een nieuwe aanpassing te wachten. De hoogte van deze reguliere aanpassing is nog niet bekend. Dit wordt in het voorjaar bekendgemaakt. Wat we wel weten is dat de demissionair minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het voornemen heeft om het WML per 1 juli extra te laten stijgen, namelijk met 1,2%. Dit wordt een bijzondere verhoging genoemd en komt dus boven op de reguliere verhoging. Hiervoor heeft zij vorige week een voorstel voor een spoedwet ingediend bij de Tweede Kamer. Dit komt voort uit een amendement van de Tweede Kamer, de bijzondere verhoging wordt politiek breed gesteund.
We hebben eerder aangegeven het extra verhogen van het WML een slecht plan te vinden. De verhoging leidt wederom tot een stijging van de loonkosten. Hogere loonkosten zetten de marges nog verder onder druk en dit kan ten laste gaan van werkgelegenheid. Als een ondernemer hogere kosten voor zijn huidige personeel heeft is er minder financiële ruimte om nieuw personeel aan te nemen, dit gaat ten koste van het aantal beschikbare banen. Deze argumenten zijn vanuit verschillende partijen met de minister gedeeld, maar krijgen onvoldoende gehoor.
Lees hier het volledige wetsvoorstel
Elke vier jaar wordt de hoogte van het WML geëvalueerd. In januari 2024 is de meest recente evaluatie gepubliceerd. In het rapport worden o.a. de volgende conclusies getrokken:
Lees hier het volledige rapport
We zijn van mening dat het steeds fors verhogen van het WML niet door kan gaan. De ambitie van het kabinet om de bestaanszekerheid van lage- en middeninkomens te verstevigen mag niet hoofdzakelijk uit de portemonnee van ondernemers betaald worden.
Bestaanszekerheid voor werknemers is absoluut belangrijk en kwetsbare groepen moeten geholpen worden. Maar dit kan op andere manieren dan het blijven verhogen van het WML. De noodzaak om het WML te verhogen blijkt ook niet uit de uitgevoerde evaluatie.
De politiek moet zich richten op het verlagen van de lasten op arbeid en vanuit een breed perspectief naar inkomensproblematiek kijken. Laat werken meer lonen door belastingen te verlagen, door het toeslagenstelsel op de schop te nemen en extra werken aantrekkelijk te maken.